Kersteditie TCN blad 1988
Een interview met een succesvolle zakenvrouw over haar turbulente leven en haar liefde voor paarden
Paarden vervullen in het leven van mensen de meest uiteenlopende rollen. Van zuiver economisch object tot troeteldier met alle gradaties daar tussen. Voor sommigen betekenen paarden een houvast en een troost. Uit de liefde voor hun dieren putten ze de moed die nodig is om de vaak rake en onverwachte klappen die het leven soms in petto heeft, te kunnen incasseren en verder te gaan.
De vrouw waarover ik in dit kerstnummer schrijf heeft tegenslagen gehad waar weinigen van zouden herstellen. Ze is altijd verder gegaan, heeft nooit stil gestaan, zichzelf gedwongen vooruit in plaats van achteruit te kijken. De resultaten zijn verbluffend. Niet alleen gezien in het licht van de persoonlijke verliezen die zij leed, maar zeker ook als zakenvrouw. Haar doorzettingsvermogen, haar vindingrijkheid en wellicht als belangrijkste haar vermogen om mensen te motiveren en aan zich te binden met haar enthousiaste inzet zodat het meeste werk het resultaat van “samen” is. In de lijst van fokkers en gebruikers van Trakehners, die ik in de Hoefslag noemde, heb ik deze vrouw: Mevrouw van ’t Lam vergeten. Ik deed dat niet expres, ik wist gewoon niet beter. Toch is zij waarschijnlijk een der belangrijkste promotors en gebruikers van Trakehner paarden in Nederland. Wanneer je echter haar gigantische bedrijf bezoekt, vergeet je waarvoor je komt. Paarden lijken zo’n onbelangrijk onderdeel van het geheel. Later blijkt dat de paarden zeker niet onbelangrijk zijn en voor mevrouw van ’t Lam een invloedrijke rol in haar leven gespeeld hebben en nog steeds speelt.
Het is door de paarden, haar genoegen daarin, de liefde van de mensen en kinderen om haar heen voor deze paarden, dat mevrouw van ’t Lam nog steeds in staat is niet alleen een groot bedrijf te volgen, maar keer op keer met verrassende ideeën en uitvindingen te komen.
Vindingen die hun tijd meestal ver vooruit zijn, hetgeen ieder mens opmerkelijk zou maken, maar zeker een vrouw op deze leeftijd en met deze achtergrond. De inspiratie voor al haar energie vindt ze dagelijks vooral bij haar Trakehner paarden.
RUIGHENRODE
Mijn informatie is om een camping in Lochem te zoeken, genaamd Ruighenrode en de daar bij behorende manege “De Knillenberg”. Aan de buitenkant is er niets aan de hand, het terrein valt bijna niet op. Maar wanneer ik de goed geoutilleerde receptie betreed, waar ik op een doordeweekse dag in november door enkele professionele dames verwelkomd word, welke mij vervolgens een plattegrond
overhandigen zodat ik over het 62 ha. grote terrein de manege kan vinden, begrijp ik dat ik niet zomaar bij het eerste het beste bedrijfje ben aangeland. Verbazing blijft en groeit alleen maar tijdens mijn tocht over het complex. Terreinen, afgescheiden door bomen, bosjes en andere aanplant, garanderen privacy voor de gasten, waarvan er zelfs op dit tijdstip meerdere ontspannen wandelend mijn weg kruisen . In het hoogseizoen verblijven hier rond de 3000 mensen die volgens mijn gids nauwelijks opvallen. Ik geloof haar direct. Het complex is uitgestrekt, de beplanting uitgekiend aangebracht, de diverse terreinen waar de caravans e.d. staan worden afgewisseld door goed voorziene sportvelden, tennisbanen een volledig zwembadcomplex met binnen- en buitenbad, sauna met solaria en ga zo maar door. Weilanden met wilde zwijnen, hertenkampjes, speelvelden, midget-golf, speeltuin enz. Het hoofdgebouw herbergt alles wat men nodig heeft van supermarkt en restaurant, tot kap- en schoonheidssalon en wasserette. Men hoeft wekenlang het terrein niet af, het geheel is volledig self-supporting tot aan het congrescentrum toe. Dit is de nieuwste aanwinst en was al lang een wens van Mevrouw van ’t Lam. Ze heeft moeten vechten alvorens het gerealiseerd kon worden. Na betrekkelijk korte tijd na de opening loopt het congrescentrum als een trein en is inmiddels niet alleen nu, maar ook al bijna voor 1989 volgeboekt. Haar ondanks mijn stijgende verbazing en aangeboren nieuwsgierigheid, ben ik niet gekomen voor dit alles, maar voor degene die dit begonnen is en de plaats waar zij het liefste verblijft: Manege Stoeterij de Knillenberg.
DE KNILLENBERG
Vanaf het hoofdgebouw kan het je een uurtje kosten voordat je, over het eigen terrein, de manege wandelend bereikt. Ik ben met de auto, volg de lijnen op de plattegrond, door de receptioniste aangegeven. En dan ben ik bij de manege, waar ijverig gepoetst en geveegd wordt. Mevrouw van ’t Lam is nog niet gearriveerd. Het manegecomplex ziet er schitterend uit. Buiten staan diverse groepen met stallen, van verschillende vorm.
Binnen staan de paarden in rustieke boxen, afgewerkt met paardenkopjes. In de binnenbak geeft Ineke Lode les, geamuseerd herken ik, zonder het brandmerk te zien, de Trakehner. Niet omdat deze merrie zo mooi is, alhoewel het een edele zwarte merrie is, maar door haar gedragingen. Onder de leerlinge spaart de merrie zichzelf volledig. Ze loopt met korte bewegingen, zonder ruggebruik en zonder zich in te spannen . Wanneer Ineke de teugels overneemt hoeft ze niet veel te doen om de leerlinge het verschil in bewegen te laten zien. Zonder morren neemt de merrie het bit aan en draaft weg met energieke elastische bewegingen. De wisseling van ruiter heeft nog niet plaatsgevonden of het hoofd wordt weer omhooggestoken, de rug weggeduwd. De aspirant amazone zal dit alleen door haar eigen overtuiging kunnen verbeteren, kennis of kracht heeft er weinig mee te maken. De merrie zal in haar moeten geloven, maar dat is nog niet het geval. Karakter, vaak ten onrechte uitgelegd als een slechte eigenschap, is een van de duidelijkste kenmerken van de Trakehner. Datzelfde karakter maakt dat ze willen vechten voor iemand. Ineke onderschrijft dit later. Ze is een van de twee professionele krachten die hier werken. Evenals de andere kracht, Susanne Bredero, heeft zij “Deurne” gedaan. Susanne heeft daarnaast ook nog drie jaar gestudeerd voor dierenarts te utrecht, een welkome bijkomstigheid op een bedrijf als dit. Ineke is de bedrijfsleidster. Zij heeft een gedegen paardenachtergrond, is na haar Atheneum naar Engeland gegaan, heeft daar 1 1/2 jaar voornamelijk met volbloeds gewerkt, hetgeen na het Nederlandse paard wel een omschakeling was. Ineke heeft verder in Zwitserland gewerkt en tijdens haar ‘Deurne’ opleiding bij diverse bedrijven in Nederland. Met Trakehners had ze geen ervaring, ze was eigenlijk een fervent WPN aanhanger, vind nog steeds dat de WPN paarden een zeer goed karakter hebben en blijft ze altijd nodig hebben voor beginners en
voor het aangespannen werk, maar na de intensieve kennismaking met de Trakehners hier en vooral na het bezoek aan de hengstenkeuring te Neumünster is haar bewondering voor de Trakehner gegroeid. Ze was verbaasd over de hoge kwaliteit die deze paarden naast al hun raskenmerken hebben. Dat ze mooi zijn, prettig om mee te werken, soms wat kwalijknemender, maar nooit gemeen, dat had ze intussen ontdekt. Maar dat ze zo goed zouden zijn qua exterieur en mogelijkheden was voor Ineke een nieuwe ervaring. Tijdens de discussie die we
over de keuring hebben, blijkt dat we dezelfde veilingmerrie bewonderden, helaas ging ze wat boven het gestelde budget en was het niet duidelijk tot welke hoogte haar prijs zou stijgen. Mevrouw van ’t Lam had wel op haar geboden. Manege/Stoeterij “De Knillenberg” is enerzijds een onderdeel van het vakantieoord Ruighenrode en anderzijds een zelfstandig erkend manegebedrijf. Het bedrijf heeft zoals gezegd twee professionele krachten en enkele stagiaires in dienst. Het bezit de eigen paarden van het bedrijf, New Forest ponies en daarnaast zijn er pensionpaarden ondergebracht. De bedrijfspaarden zijn een aantal WPN rijpaarden, veelal zware wat klassiek aandoende paarden die multifunctioneel worden ingezet, zowel voor de lessen als voor de menlessen en huifkartochten of andere aangespannen ritten. Daarvoor zijn ook meerdere tuigpaarden aanwezig, die echter ook onder het zadel worden gebruikt.
Met name voor buitenritten zijn deze paarden heel geschikt. Naast deze paarden bevinden zich op het bedrijf Trakehners, vooral merries waarvan een viertal drachtig is. Mevrouw van ’t Lam is gearriveerd. We lopen samen langs de stallen waarbij ze uitleg geeft bij de paarden en verteld hoe dit alles tot stand gekomen is. Een successtory, zeker op het eerste gezicht en de resultaten in aanmerking genomen. Maar ook een verhaal van verdriet en een onvoorstelbare veerkracht die maakte dat ze doorging, telkens weer herstelde en verder ging. Een kant van het verhaal, waar ze overigens zelf niet zo over uitwijdt. Ik weet enkele feiten en confronteer haar ermee tijdens het vertellen, slechts 1 keer lijkt ze haar energieke uiterlijk even te verliezen, glijden haar ogen voor een moment weg en trekt een waas van verdriet over haar gezicht. Dat is het ogenblik waarop ze beaamt dat ze naast haar man ook twee van haar kinderen verloor. Voor weinig mensen zal de zo gemakkelijk uitgesproken platitude “als je maar gezond bent” zoveel inhoud hebben. Haar nog enige zoon kan zich door zijn conditie slechts enkele uren per dag aan het bedrijf wijden. Het is moeilijk te geloven dat iemand die er zo uitermate energiek en vief uitziet, zo dikwijls en erg dichtbij geconfronteerd is met de willekeur van het leven. Terwijl wij praten rijden twee kinderen in de binnenbak op ponies. Een klein meiske zit op de blote rug van haar pony en bestuurt het dier door middel van een touw aan een halster. De pony reageert niet alleen perfect op haar beenhulpen in alle gangen en wendingen, maar loopt ook nog natuurlijk afgebogen. Het meisje is zo 1 geheel met het dier dat je er jaloers op zou worden. Mevrouw van ’t Lam volgt mijn blikken en een stralende trotse lach verschijnt op haar gezicht wanneer ze zegt: “Dat is mijn jongste kleindochter”.
DE OPBOUW
Komende vanuit het maatschappelijk werk, de begeleiding van kinderen, organiseerde mevrouw van ’t Lam al direct na de oorlog kinderkampen. Samen met haar man en een compagnon, begon ze direct in 1946 een camping op de Veluwe, in 1947 was daar het eerste kindervakantiekamp bij. Waarbij de vuistregel gold dat de kleintjes niet in tenten maar in rieten huisjes sliepen. In 1949 begonnen ze voor zichzelf in Lochem waar een kindervakantiekamp met houten huisjes het eerste was wat gebouwd werd; het staat er nu nog. Kamperen was in die tijd nog niet voor iedereen weggelegd. Mensen die tot de voortrekkers an onze natie behoorden en AJC-ers lieten hun kinderen van zo’n vakantie genieten. Veel later beroemd geworden mensen brachten zo hun vakanties als kind in Lochem door. De pony’s waren een logisch gevolg. Zwembaden en dergelijke waren er toen nog niet. De kinderkampen werden echte doe vakanties met spelletjes, volksdansen, brood bakken boven kampvuren. De ouderen leerden zich zelfstandig te behelpen in de natuur. In 1957 werd de eerste New Forest pony door haar geïmporteerd welke ook een der eerste ingeschreven ponies was in het toen nieuw opgericht stamboek. Het was de vervulling van een hartewens. Mevrouw van ’t Lam had altijd graag dierenarts willen worden, een opleiding, waar in haar tijd vrouwen niet voor in aanmerking kwamen. Ze kon nu haar dierenliefde uitleven en ontdekte de sensatie van het fokken. Goede eigenschappen behouden en minder goede verbeteren. Ze had het in haar vingers, fokte goed materiaal. De aanfok kon goed verkocht worden, maar de meeste ponies bleven op het eigen bedrijf dat gestaag groeide. “Ruighenrode’ werd tevens begonnen met een oude boerderij waaromheen paar weilanden lagen. Eigenhandig plantte het echtpaar van ’t Lam bomen, begon de terreinen in te delen. Toen 10 jaar na de start stierf haar man en bleef mevrouw van ’t Lam alleen achter met kleine kinderen. Het weerhield haar niet van uitbreidingen. Ze heeft nooit bij de pakken neer gezeten, is verder gegaan, hetgeen wellicht de beste medicijn tegen verdriet is en een manier om er minder mee geconfronteerd te worden. De kindervakantiekampen werden ruiterkampen. Er moest geïnvesteerd worden daarom werden veel van haar mooie New Forest ponies in die tijd verkocht naar Duitsland. Om verder aan geld te komen werd ze dealer voor stacaravans, een nieuw gegeven in die tijd. Het bedrijf, nu nog steeds een der grootste in Nederland, was een noviteit tijdens de oprichting. Ook de uitbreidingen waren vaak revolutionair door de vindingrijkheid die er achter zat.
Door de jaren heen, groeide het bedrijf uit tot het schitterende omvangrijke succesvolle vakantiecomplex wat het nu is. Een plaats waar vele duizenden randstadbewoners de drukte en het haastige leven van alledag kunnen ontvluchten. Deze expansie was alleen mogelijk door de medewerking en steun van vaste vertrouwde mensen waarvan sommige al 32 tot 20 jaar op het bedrijf werkzaam zijn, anderen die hier ooit hun carrière begonnen waren, zijn na voltooide opleidingen elders weer teruggekomen en gebleven.
DE GELIEFDE TRAKEHNERS
Nadat het aantal ponies verminderd was kwam er een vraag naar paarden. Mevrouw van ’t Lam ging zelf op zoek naar paarden en nadat ze zo een keertje +/- 900 km. door het noorden van het land gereden had stuitte ze op een paard dat achter in een donker stalletje , stond, maar haar direkt opviel. Het paard bleek later wat te mankeren, maar het karakter stond haar erg aan. Het was een Doruto en dit leidde haar naar Trakehners. Ze zegt zelf “Ik vond Trakehners op New Forest ponies lijken, ze zijn zo vriendelijk, zo menselijk. Ze zijn erg sensitief, maar nooit gemeen en ze onthouden alles. Wij hebben hier nu acht Trakehners waarvan vier dragende merries. Ik geef de voorkeur aan merries, wanneer er wat mee gebeurt hoef je ze niet af te laten maken, maar kan je er mee fokken. Wij gebruiken de merries in de lessen voor gevorderden tot het zadel er niet meer op kan. Dat is meestal tot zo’n 6 weken voor het veulenen. Ik heb de indruk dat de merries daarom ook gemakkelijker hun veulens ter wereld brengen. Ze zijn beter bespierd niet zo uitgezakt. Het is ook natuurlijk, hun voorouders in Pruisen werkten erg hard. Ze werden gefokt om sterk te zijn en uithoudingsvermogen te hebben. De merries kunnen het best aan. Aldus mevrouw van ’t Lam die ook haar laatste idee met succes bekroond zag, namelijk het leasen van eigen paarden aan vaste gasten. D.W.Z. de gasten betalen een bepaald bedrag per maand voor een paard en dit paard staat hen dan exclusief ter beschikking voor de tijdsduur van twee uur op iedere dag dat zij aanwezig zijn.
Door deze regeling krijgen de mensen die speciaal op een paard gesteld zijn en die hun meeste vrije tijd op het terrein in een stacaravan of bungalow doorbrengen het gevoel dat ze een privépaard hebben. Het idee sloeg onmiddellijk aan waarbij de Trakehners het eerste geleased werden. Dit leaseproject draagt er toe bij dat dit erkende manege bedrijf, dat nu twee sterren heeft maar voorgedragen is voor de derde, een van de weinige van dergelijke bedrijven is dat financieel gezond draait. Het komt natuurlijk ook door de professionele begeleiding, het goede paardenmateriaal in alle verschillende gradaties van africhting. De grote verscheidenheid in aanbod, menIessen, dressuur, springen, voor de kinderen ponies etc. De vele evenementen die georganiseerd worden, waaronder nu ook N.B.V.R. en N.P.C. wedstrijden, maar in het verleden zelfs een officiële twee- ,en vierspanwedstrijden op eigen terrein, wat echter zo duur bleek ,te zijn, dat dit in de toekomst waarschijnlijk niet meer herhaald zal kunnen worden. Maar de sfeer zal zeker ook een reden zijn voor het feit dat niet alleen de gasten van Ruighenrode, maar ook veel mensen uit de omgeving hier rijden en/of hun paarden stallen. Met dat laatste is ‘De Knillenberg’ niet echt goedkoop. Toch is er nergens meer een gaatje te vinden, de aanvraag voor uitbreiding van stallingsplaatsen ligt al een tijdje bij de gemeente, de vier ‘kraamboxen’ achter de eigen bungalow van mevrouw van ’t Lam staan vol. Het betekent op deze middag dat er geschoven moet worden. Negen paarden komen een nachtje logeren. Hun berijders maken een tocht en arriveren veel vroeger dan verwacht op deze gastvrije pleisterplaats. Het geeft nauwelijks problemen. Zonder morren worden drachtige merries samen in één box gezet in een stand en wordt er hier en daar wat geschoven. “Ik zou meer plaats moeten hebben”, verzucht mevrouw van ’t Lam. Er wordt lachend gerepliceerd dat er dan direct ook paarden bij zouden komen en dat dat zeker Trakehner merries zullen wezen. Zoals de mooie merrie die op de veiling te Neumünster gekocht werd; Rheingabe v. Consul de merrie is drachtig van Itaxerxes en de hele stal kan het in januari te verwachten veulen er wel uitkijken. Of de elegante zwarte Kadenz v. Mozart die ik zo eigenwijs in de les zag lopen en die in februari haar veulen verwacht alhoewel dat haar niet aan te zien is.
Verder de merrie Kavatine v. Istanbul zij is de moeder van Kadenz. De merrie Engadin v. Rubin een Flaneurzoon, deze merrie komt uit een Pro Stute van Patron.
Haar dochter van Kupferberg Gold draagt de mooie naam Edelmetall-Gold. De merrie Vanessa is een dochter van Pikor een Pregelzoon haar moeder is van Lothar. Malu v. Donauwind is de grootmoeder van Mr. Williams en de ruin Isolani tenslotte heeft Polargeist tot vader.
Deze Trakehners zijn de felbegeerdste rijpaarden van de manege en maken dat zij die kennis maken met verschillende paarden op dit bedrijf voor zichzelf de keuze maken voor een Trakehner wanneer er een eigen paard gekocht wordt. “Dat komt niet door de kwaliteit,” legt mevrouw van ’t Lam uit, “Alle paarden zijn van een goede kwaliteit, hebben goede karakters en goede bewegingen. Dat is het minste wat je je klanten kan aanbieden. De reden dat ze voor de Trakehners kiezen is omdat die zo mooi en zo vriendelijk zijn en zulke persoonlijkheden, dat spreekt de mensen aan” . Wij lopen ondertussen nogmaals langs de stallen, even checken of alles na de interne verhuizingen goed terecht is gekomen. Een groep kinderen is aan het opzadelen. Mevrouw van ’t-Lam wijst de paarden aan en de kinderen die er op zitten. “Negen kleinkinderen heb ik”,vertelt ze met zichtbaar genoegen de amazones in ogenschouw nemend, “zeven ervan rijden”. Voor zover ik het kan zien met talent en met plezier. Zouden ze begrijpen hoeveel geluk ze hun grootmoeder geven met het genoegen dat zij aan hun paarden en ponies beleven. Wanneer ze uit hun ponies gegroeid zijn krijgen zij een Trakehner, dat betekent dat er binnen een paar jaar weer enkele fervente supporters van Trakehners bij zijn die wij op onze jaarlijkse keuringsdag terug zullen zien. Een dag waarop mevrouw van ’t Lam, die op dat gebied veel meemaakt, genoten heeft van de sfeer en van de paarden. Op een plaats als manege “De Knillenberg”, waar zo veel mensen komen is duidelijk dat het helemaal niet moeilijk is om propaganda voor Trakehners te maken. Vanaf de leek die uit de grote stad komt tot de beroepskrachten met jarenlange ervaring met verschillende paardenrassen, allen verliezen hun hart aan Trakehners, eenvoudig omdat zij met hun speciale talenten zichzelf verkopen, door hun karakter geliefd worden. Daarnaast vormen zij ook nog de inspiratiebron voor een bijzondere persoonlijkheid als mevrouw van ’t Lam.
Noortje Schmeink